GEVALLEN. En dan glij je uit en lijkt het of je uit je auto bent gevallen. Niemand gezien toch?
Pal in het centrum van ons dorp. Bijna onder de kerktoren. Vlak voor de bakkerij. We gooien het portier van de wagen open, stappen naar buiten en weten al meteen: dit loopt fout. Eén voet glijdt zijn eigen gangetje en voor je het weet lijkt het alsof je zo uit je wagen bent gerold. De grond voelt niet eens koud. Wel prikkend: de hand is lichtjes geschaafd van de koud gestolde sneeuwsmurrie op de weg.
"Gaat het?" vraagt de jonge vrouw beleefd. In haar stem hoor je heel veel lente. Ze klinkt oprecht bezorgd. Dat weet je, dat hoor je en toch, toch is het eerste wat je hoofd te binnen schiet: jonge vrouw ziet niet iemand die viel, nee, ze ziet vooral een oude man die per se naar buiten wou. Dat denk je en je weet dat je het ten onrechte denkt, want, zoals je tegen jezelf al zei, de vrouw klonk oprecht bezorgd en je schaamt je andermaal.
Jongevrouwenstem
Maar nog voor je dat allemaal bij je zelf vaststelt, kijk je om je heen. Niemand heeft het gezien? Niemand, oef. En net als je probeert overeind te klauteren, hoor je aan de overkant van de straat een frisse stem vriendelijk vragen of het gaat. Een jongevrouwenstem."Gaat het?" vraagt de jonge vrouw beleefd. In haar stem hoor je heel veel lente. Ze klinkt oprecht bezorgd. Dat weet je, dat hoor je en toch, toch is het eerste wat je hoofd te binnen schiet: jonge vrouw ziet niet iemand die viel, nee, ze ziet vooral een oude man die per se naar buiten wou. Dat denk je en je weet dat je het ten onrechte denkt, want, zoals je tegen jezelf al zei, de vrouw klonk oprecht bezorgd en je schaamt je andermaal.
Reacties
Een reactie posten