VASTGESTELD. Horrornacht... de eerste nacht van het jaar met een hor in het slaapkamerraam

Eindelijk. Slapen met open ramen. Het kon van de week voor het eerst dit jaar. Vroeger dan andere jaren, maar zelfs een te vroege lente laat je niet buiten wachten. We haalden ze binnen.
Het invallend licht en een zachte bries over onze gezichten 's ochtends helpen om fluitend en met flukse pas door de nieuwe dag te stappen. Dachten we.
Maar... die eerste lentenacht met de hor werd een regelrechte horrornacht.

DE NACHT SPREEKT EEN ANDERE TAAL

We waren vergeten dat nachten in andere talen spreken dan de dagen. Vooral vreemde talen en met geluiden waarvan we de oorsprong alleen maar kunnen gissen.
De meute kalkoenen van een buur wat verderop had of ongewenst of een hoogoplopende ruzie onder mekaar. Het kabaal dat de pluimbeesten maakten was oorverdovend onverstaanbaar. De ganzen van de andere buur waren daar duidelijk niet mee opgezet en begonnen zo te gakkeren en te snateren alsof ze het hele dorp op straat wilden.
Een vos, misschien, dachten we, intussen helemaal wakker. Kan je een vos horen? We luisterden wat nauwer en toen ja, toen hoorden we geen vos, maar vermoedelijk stappen in het grind. Geritsel beneden onder het slaapkamerraam. En nu, dachten we, horen we gepruts aan het sleutelgat en daarna een deur die plots openpiept en dan? Ja, wat dan?

NACHTELIJKE REKENKUNDE

De deur bleef dicht. In de verte hoorden we het monotoon gezeur van een tractor die tegen zijn zin het veld was opgestuurd. Een auto zoefde op de weg, zo'n honderd meter verder, voorbij. Straks horen we piepende remmen, er is vlakbij een rotonde, dachten we. We luisterden weer wat nauwer, maar de auto was intussen noordwaarts op de betonweg aan het voort zoeven. We zouden met een chrono kunnen achterhalen hoe snel hij over die betonstroken - 10 meter lang en dan het gedokker over de uitvoegstrook - reed. We aarzelden, maar vonden het te diep in de nacht om ons met rekenkunde bezig te houden. Daar heeft een mens zijn bed niet voor nodig.

ZIEN KRAAIEN MEKAAR IN HET DUISTER?

Stemmen! Aan de straatkant. Het dichtslaande portier van een wagen. Een motor die aanslaat en weer stilvalt. Er is iets gebeurd. Dachten we. Dus... toch opstaan en eens kijken? Geen zwaailichten te zien in de verte. Niets dan duisternis. Die opeens openscheurt door opvliegende, krassende kraaien. Ze bouwen een nest hier in de tuin, maar om welke reden ze in zo'n zwart gat vliegen? Ziet de ene zwarte kraai de andere wel, in zo'n ton sur ton,  maanloze nacht?
Tegen drieën valt eindelijk het doek over al dat nachtetelijk lawaaitheater. Het is eindelijk muisstil, dachten we. En toen... ja, toen raakten twee katten in de clinch. Als blèrende kinderen. Het duurde tot een van hen met veel misbaar wegstoof over het grind.
De eerste lentenacht werd een gruwelnacht. Geen oog dicht omdat het oor dat niet wou.En omdat zo'n hor, anders dan hij lijkt, geen zeef is, die alleen fijne geluiden naar binnen laat.



Reacties

Populaire posts van deze blog

GEZIEN. Zwarte Kat, niet zomaar een kopje...koffietafelerfgoed

GELEZEN. Sinterklaas: open brief van Nicodemus naar aanleiding van de Pietenkwestie

GESCHREVEN. Eigenlijk zijn het ouders die hun kinderen een nieuwjaarsbrief moeten schrijven...